Welke maatregelen moet de overheid nemen om meer ict-projecten succesvol af te ronden?

De overheid heeft het voortdurend over bezuinigen en begrotingstekorten, maar gooit intussen wel geld over de balk door aan onrealistische ict-projecten te beginnen waarvan meer dan de helft mislukt. Dit kost ieder jaar miljoenen, soms zelfs miljarden euro’s en dit zou natuurlijk niet mogen gebeuren. In de afgelopen twee weken heeft u kunnen lezen welke oplossingen de Algemene Rekenkamer en de parlementaire enquete commissie voorstelden voor dit probleem. Ofschoon het eerste onderzoek al in 2007 werd gedaan, heeft de overheid tot op heden (eind 2014) de trend van mislukkingen niet kunnen keren. In dit artikel leest u hoe dit voorkomen had kunnen worden en welke oplossingen nodig zijn om een eind te maken aan deze geldverspilling.

Reeds tijdens mijn masterstudie heb ik aandacht besteed aan de reden van alle ict-mislukkingen bij de overheid. Er is een grote discrepantie tussen het aantal succesvol afgeronde ict-projecten in het bedrijfsleven en dat binnen de overheid. Omdat er geen reden is om aan te nemen dat het bedrijfsleven over meer kennis van zaken kan beschikken dan de overheid, kunnen de slechtere prestaties van de overheid hier niet aan worden toegeschreven. Dit lijkt dan ook een aanwijzing dat er andere, structurele veranderingen nodig zijn om de trend van mislukkingen te kunnen keren. De overheid wordt betaald met gelden die door alle burgers bij elkaar worden gebracht. Om deze reden zou van de overheid meer zorg verwacht mogen worden bij het uitgeven van deze gelden. Het omgekeerde lijkt echter het geval te zijn. Daarnaast hebben we onze volksvertegenwoordigers als controlerend orgaan. Deze controle werkt alleen als hij ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd. Zowel de zorg bij overheidsuitgaven als de controle daarop zal alleen ten positieve veranderen als er een mentaliteitsverandering plaatsvindt binnen de besturende organen. De belangrijkste aanwijzing daarvoor is wel dat, zoals in de inleiding van dit artikel al staat, het eerste onderzoek naar de oorzaken van deze mislukkingen al in 2007 plaatsvond, maar het aantal succesvolle ict-projecten in de afgelopen 7 jaar niet of nauwelijks is verbeterd. Hieruit blijkt zonneklaar dat zonder structurele aanpassingen geen verbetering zal optreden.

Om de bovengenoemde problemen op te kunnen lossen, is het belangrijk om eerst vast te stellen welke oorzaken ten grondslag liggen aan het probleem. In 2007 heeft de politiek de Algemene Rekenkamer opdracht gegeven onderzoek te doen naar de oorzaken en oplossingen van de falende ict-projecten. In het artikel hierover kunt u lezen met welke zinvolle oplossingen de Algemene Rekenkamer kwam. Dit rapport is helaas nooit serieus genomen. Het enige dat hieruit is overgenomen is de functie van CIO (Chief Information Officer). Bij het instellen van deze functie is echter onvoldoende nagedacht over de mogelijkheden die deze ambtenaar zou moeten hebben om zijn functie zinvol te kunnen uitvoeren. Zoals in het artikel van vorige week te lezen was, hebben de CIO’s onvoldoende bevoegdheden gekregen en moeten zij de ict-projecten van hun directe leidinggevende (de minister waaronder hun departement valt) beoordelen. Hierdoor kunnen zij niet vrijuit hun mening geven met betrekking tot de verschillende projecten en hebben zij onvoldoende middelen om een onhaalbaar project op tijd stop te kunnen zetten. Het gevolg is dat veel projecten blijven doormodderen terwijl iedereen al weet dat zij niet meer aan de gestelde kwalificaties voldoen. Zo worden ict-projecten gedurende hun looptijd vaak niet aangepast aan veranderende behoeften van de afnemer. Iedereen met gezond verstand kan aanvoelen dat dit tot veel onnodige verspilling van maatschappelijke gelden leidt.

Ons politieke systeem is zo opgebouwd dat iedere burger zijn controlerende verantwoordelijkheden toevertrouwt aan gekozen volksvertegenwoordigers, onder wie de leden van de Tweede Kamer. Dit werkt alleen als deze vertegenwoordigers hun controlerende taak daadwerkelijk uitvoeren. Zij hadden al veel eerder de regering moeten manen zorgvuldiger met haar ict-bestedingen om te gaan. Dit is onvoldoende gebeurd. Hiervoor zijn twee duidelijke oorzaken aan te wijzen. Ten eerste hebben de leden van de Tweede Kamer, net als het hele overheidsapparaat, onvoldoende ict-kennis om te kunnen beoordelen of bepaalde voorgestelde ict-projecten wel haalbaar zijn. De parlementaire enquêtecommissie – zie het artikel over de conclusies van de parlementaire enquete commissie – is hier ook heel duidelijk over. Alle Tweede Kamerleden moeten beter worden voorgelicht over de mogelijkheden en beperkingen van ict. Daarnaast moet in de introductie voor nieuwe kamerleden meer aandacht worden besteed aan voorlichting op het gebied van ict. Kamerleden met onvoldoende ict-kennis kunnen de overheidsuitgaven met betrekking tot nieuwe ict-projecten onvoldoende beoordelen. Voorts maken de ict-projecten deel uit van de begrotingen van de verschillende departementen en projecten, waardoor niemand duidelijk overzicht heeft in de kosten en baten die met de ict-projecten gepaard gaan. Dit werd al in 2007 door de Algemene Rekenkamer geconstateerd en hiermee is vervolgens niets gedaan, want ook de parlementaire enquete commissie kon geen duidelijk beeld krijgen van de kosten en baten die met ict-projecten gemoeid zijn. Dit hadden de leden van de Tweede Kamer al veel eerder kunnen constateren en hier hadden ze wat aan moeten doen. Verspillingen die niet verantwoord worden moeten veel meer onder de aandacht komen in plaats van minder, zoals de laatste jaren het geval is geweest.

De oplossingen uit het rapport van de parlementaire enquêtecommissie – zie het artikel over de conclusies van de parlementaire enquete commissie – zijn een goede stap naar verbeteringen. Bij dit rapport zou ik echter nog wel drie belangrijke opmerkingen willen plaatsen. Om te beginnen wil de commissie het BIT (het Bureau Ict-Toetsing) slechts voor vijf jaren instellen. Gezien de grote kennisachterstand van onze overheid op het gebied van ict en de ontwikkeling daarvan lijkt mij deze periode veel te kort. Een periode van acht jaren lijkt mij passender. Daarnaast moet er na deze termijn een uitgebreid overdrachtstraject plaatsvinden, zodat de opgedane kennis en ervaring niet verloren gaan. De departementen moeten na die vijf jaar de taken van het BIT zelf weer op zich nemen, maar dit zal niet succesvol zijn zonder een uitgebreid overdrachtstraject en meer bevoegdheden voor de CIO. Daarnaast is er nooit een duidelijke administratie geweest met betrekking tot de ict-projecten van de overheid. Er moet dan ook een aparte ict-administratie komen. Hierin moeten alle kosten van alle ict-projecten worden vastgelegd. Dit geldt voor zowel de losse automatiseringsprocessen als de projecten waarbij slechts een gedeelte als ict-project gekwalificeerd kan worden. Het BIT zou hier een belangrijke rol in moeten spelen. Met deze duidelijke administratie worden de ambtenaren meer met hun neus op de feiten gedrukt en worden de verspillingen door mislukte ict-projecten duidelijk zichtbaar. Dit brengt mij bij het derde punt. De controle die de Tweede Kamer uitvoert met betrekking tot ict-projecten moet veel actiever, terwijl het falen van te veel projecten ook tot sanctie moet kunnen leiden. Een minister kan nu ongestraft aan de lopende band geld verspillen aan ict-projecten en hier moet een einde aan komen. Hierbij is een grote rol weggelegd voor de Tweede Kamerleden. Zij hebben een controlerende taak en moeten deze ook met betrekking tot ict-projecten kunnen uitvoeren.

Resumerend: De oorzaken en oplossingen voor de falende ict-projecten van de overheid zijn al lang bekend en nu is het tijd dat daar eindelijk naar gehandeld wordt. Hiervoor zijn structurele organisatorische, technische en mentaliteitsveranderingen nodig. Zonder deze veranderingen blijven we elk jaar miljarden verspillen en hier zouden wij als burgers niet mee akkoord mogen gaan. Het is ons geld dat de overheid gebruikt en hiermee moet zij zorgvuldig omgaan. De controlerende taak van de Tweede Kamer moet evengoed worden aangewend om een halt toe te roepen aan het falen van de ict-projecten van de overheid. Meer kennis en inzicht in ict en de ontwikkeling hiervan is daarom binnen alle gelederen van de overheid noodzakelijk. Meer controle tijdens de projecten evenals tussentijdse evaluaties zijn bij grotere projecten onontbeerlijk. Hiervoor is een onafhankelijk orgaan zoals het BIT met deskundige medewerkers (waaronder iemand met kennis van de rechtsinformatica) nodig, naast meer bevoegdheden voor de CIO’s. Zonder deze maatregelen blijven we geld verspillen en komen we de recessie nooit te boven.

Lees ook de andere artikelen van mr. Sophia Sipkens.